Jens en ik wonen vandaag exact 1 jaar samen. We zullen (ergens deze week) opnieuw eten wat we die eerste avond samen aten en we maken het nog gezelliger dan anders. Het wordt een dag vol mijmering en terugblik op het eerste jaar in ons samenwonend bestaan.

Laat ik jullie die terugblik niet onthouden. Hierbij enkele zaken die ik ontdekte/leerde door samen te wonen met een wederhelft.

1. Als je niet toonvast kan fluiten en je bent niet alleen, dan fluit je beter niet. Samenwonen met een muzikant doet je op een pijnlijke manier beseffen dat een musicalcarrière echt niet voor jou is weggelegd.
2. De afwas doen is niet tof. Maar met z’n twee toch net iets gezelliger.
3. Als slechts één van de partijen kan koken, gaan je kookkunsten zienderogen vooruit.
4. Jens eet alles (zelfs heel veel groenten) als er maar saus is. (En als hij de saus aflekt van het bord, is dat een stille hint: “Dit mag je nog eens maken.”)
5. We zijn nooit tegelijk sloddervossen. We wisselen af, zodat de andere persoon ook eens kan mekkeren als er weer te veel spullen niet op hun daarvoor bestemde plaats liggen.
6. We verzorgen elkaar graag, maar worden ook graag verzorgd. Om te beurt ziek zijn, heeft dus zijn voordelen; je kan de favour returnen.
7. Niet alle koosnaampjes die ik verzin zijn big hits. Dat vind ik jammer, knollebeest.
8. Een boekenkast delen heeft voor- en nadelen: je hebt sneller plaatsgebrek, maar er is wel meer keuze. En je kan elkaar temperen in de boekenwinkel. (“Oke, dan zullen we nu alleen die drie kopen.”)
9. Het laatste wat je voor het slapengaan ziet en het eerste wat je ziet als je wakker wordt, dat is toevallig je favoriete persoon ter wereld. Das chance (en kei melig).
10. Er is een persoon in deze relatie die door voortdurende observatie de andere persoon erg goed kan imiteren. Ik wijd niet uit over wie wie is, maar verdorie, dat is irritant!!!
11. Mijn naam, bestaande uit 3 lettergrepen, ontleent zich voor talloze liedjes en parodieën van zeer gekende melodieën. Zelfs vandaag schudt Jens nog nieuwe varianten uit zijn mouw. Mijn favoriet: “My vrouwlief lies over the ocean. Oh, bring back my vrouwlief to me.” (Naam aangepast voor anonimiteit, nvdr.)
12. Na een tijdje voel je elkaar naadloos aan. Met een blik kunnen we elkaar vertellen dat de andere een chocolademunt uit de keuken mag meebrengen om samen voor de televisie op te smikkelen.
13. Cadeautjes worden bij ons steeds vroeger afgegeven dan op het moment waarvoor ze effectief bedoeld zijn. DE SPANNING!!!!!!!
14. Een kleine badkamer hebben, vraagt een choreografie om alles vlot te laten verlopen in het klaarmaak-proces. Die staat na een jaar volledig op punt.
15. Allebei graag eens eentje drinken heeft een gigantische drankkast en steeds een overvloed aan keuze tot gevolg. “Vandaag doe ik die gin met die tonic en gij dan die whisky?”
16. Een eerste echte kerstmis samen vieren en het appartement kerstproof maken was enorm gezellig. Inclusief de glühwein natuurlijk.
17. Samenwonen gaat ook soms zo: “Wat moeten de buren nu weer niet denken nu we alweer de slappe lach hebben?”
18. Samen chillen in je eigen nestje; dat is onbetaalbaar.

Eigenlijk is een mooie samenvatting van samenwonen dit: het zit ‘m in de kleine dingen. Samen na een koude wandeling een soepje uitlepelen. Samen lachen met dezelfde mop of met elkaars stommiteiten. Samen de afwas doen en ondertussen luidkeels meezingen met àlle nummers die de revue passeren. Samen een klein aperitiefke nuttigen in de zetel, lekker dicht bij elkaar (of in de zomer: toch wat verder, want ge plakt). Samen in bed springen en zacht landen en dan heel hard lachen. Samen pyjamadagen houden. Samen een nieuwe serie ontdekken. Samen foto’s proberen maken voor een kerstkaart en hard vloeken als het maar niet wil lukken.

Ik wil niet meer terug. Want samen is het toch heel leuk.

De mening van Jens: Bwa, ja. Eigenlijk wel tof he.